Toelatingseisen piano

De auditant presenteert een uitvoering waarbij twee tot drie stukken uit het jazz repertoire (American Songbook) en diverse etudes en technische oefeningen gespeeld worden. Hierbij dient het solo-spel en trio-spel beide goed aan bod te komen. Optioneel mag de auditant één eigen compositie uitvoeren. Hierdoor dient de student op overtuigende wijze te laten zien en horen dat:

De auditant een talent - en affiniteit met - heeft voor de piano jazz praktijk op het gebied van repertoire (standards en originals van spelers en componisten) en stijl; zowel de traditionele stijlen (eg. blues, swing, bebop, hard bop), hedendaagse stijlen (free jazz, jazz-rock, fusion, odd meter) en door wereldmuziek geïnformeerde stijlen en uitvoeringspraktijken (eg. Brazilian, Cuban, Indian, Middle Eastern).
De auditant het vermogen bezit om een simpel thema 'à vue' te lezen (met twee handen, melodie met akkoord symbolen).
De auditant op overtuigende wijze expliciet kan maken dat hij/zij kennis en vaardigheden bezit die op creatieve wijze toepasbaar kunnen worden gemaakt in improvisaties en improvisationele contexten.
De auditant in staat is om eenvoudige akkoordcombinaties te spelen en inzicht en - en ervaring met - akkoordsymbolen en hun toepassing aan te tonen.
De auditant een sterke en belichaamde verbinding met - en relatie tot - het instrument (de piano) bezit met de uitvoering van:
- Toonladders en gebroken drieklanken in majeur en mineur toonsoorten.
- Etudes; waarbij gekozen kan worden uit C. Czerny, Die Schule der Geläufigkeit op.299 (Leipzig s.a., Peters Verlag) of vergelijkbare etudes.
- Polyfone composities zoals een tweestemmige inventie van J.S. Bach of een ander vergelijkbaar werk.